Ik heb met hem te doen, hij voelt zich duidelijk niet op zijn gemak, betrapt. Hij had gedaan wat in zijn mars lag, en had grote stappen gezet. ‘Was het dan niet genoeg?’, zag ik hem denken. 

Toch begrijp ik haar wel, mijn collega. Ze heeft erg in de behandeling geïnvesteerd en voelde veel sympathie voor deze jongeman. Ze had ook veel bereikt met hem. Tegelijk bleef bij haar het gevoel hangen dat ze meer had moet doen. Hij was duidelijk nog kwetsbaar en vond het moeilijk een meer zekere stem te vinden voor alles wat hij voelde.  

Met mijn EFT-bril zag ik dat ze allebei erg hun best deden, maar ook dat er iets ontstond wat bij veel van onze stellen eveneens gebeurt: een interactie waarin beiden door een gevoel van tekortschieten en het goed willen doen voor elkaar, elkaar ook dreigen kwijt te raken. De EFT-cirkel.  

Een cliënt die zich beschuldigd voelt en zich terug trekt. Een therapeut die zich tekort voelt schieten en kritisch wordt. En hoewel het misschien geen hechtingsrelatie is, staat er voor allebei natuurlijk wel veel op het spel. Ik kon hun  inzet en waardering over en weer voelen en er gelukkig ook iets over zeggen. Ik hoopte dat ze meer oog konden hebben voor hun bijzondere relatie.   

Therapeuten investeren veel in hun werk, en hun zelfbeeld valt er voor een deel mee samen. Dat van mij wel in ieder geval. Je besteedt een groot deel van je tijd aan het beter worden in je vak. Je wilt graag slagen, maar hebt te maken met complex werk met veel factoren waar je geen invloed op hebt. En voor de client; tja, die heeft de hoop en verwachtingen van een gelukkiger leven met meer voldoening, of een betere relatie.  

Kortom, je bent in therapie afhankelijk van elkaar. En daarmee lijk je net een echt stel.  

De verleiding van beide kanten bij een moeizame of tegenvallende therapie, is om elkaar verwijten te maken. Als je de ander laat falen doe je het in ieder geval niet zelf. En dan loop je samen het risico in de bekende interactiecirkel van aanklampen-terugtrekken of beschuldigen-verdedigen te belanden. Ik zie mezelf en collega’s deze lijn soms bewandelen. In hoeverre wijd je het tegenvallen van de behaalde therapieresultaten aan jezelf, en in hoeverre aan de cliënt. We zijn van nature, en omdat het onze taak is, geneigd tot de aanklampende positie in de cirkel.  ‘Ik heb alles geprobeerd, alle therapeutische technieken ingezet, maar het komt alleen maar van mijn kant’. En raken daardoor uitgeput van al dat gezwoeg en getrek, in EFT wordt dit de burnt out pursuer genoemd: ‘Ik sluit het af, ze wil gewoon niet veranderen!’.  

Andersom is het voor cliënt niet ongewoon het gebrek aan voortgang te wijten aan een slechte therapeut, of ‘die waardeloze GGZ’. ‘Ze begreep me niet, kwam met allemaal opdrachten aan die ik zelf ook wel kon bedenken, dus op een gegeven moment ging ik niet meer’. De welbekende terugtrekker.  

De EFT-blik kan ons helpen bij het zien van deze goede intenties onder het gedrag. En in supervisie en intervisie zou het helpen als we ons bewust zijn van de cirkels die we vormgeven met onze cliënten. Niet omdat we dat willen, maar omdat we betrokken zijn. Als we dan een stapje terugdoen en herkennen wanneer we in een cirkel belanden, kunnen we weer terug naar waar we het voor doen: naast onze cliënten staan wanneer ze worstelen met pijnlijke emoties en momenten van verbinding.  

Alsof we een echt stel zijn.  

 

Deel artikel