Soms komt Peter Verboom thuis en zegt tegen zijn vrouw dat hij wel erg veel dood in de kamer heeft gehad. ‘In 2023 zijn er zo’n tien mensen die ik behandelde gestorven,’ vertelt hij. ‘Ik leef met hen mee, en met hun partner en hun familie.’
Naast zijn eigen praktijk, is psycholoog en EFT-therapeut Verboom twee dagen in de week verbonden aan het Helen Dowling Instituut, voor de psychologische behandeling van mensen met kanker. Verboom was vijftien jaar bovendien één van de medeoprichters van Stichting EFT Nederland en stond jarenlang aan het hoofd van de uitgeverij.
Rouwarbeid
‘De dood is een bedreiging voor de verbinding. Maar, is mijn ervaring, naar mate men elkaar beter vast kan houden, is de dood ook beter te verdragen en is de rouwarbeid van de achterblijvers minder groot. Het verdriet is minder groot als je zo verbonden bent geweest.’ Het is wat palliatief arts Christiaan Rhodius, waarmee Verboom de workshop ook zal geven, de palliatieve paradox noemt: naarmate je elkaar meer vast kunt houden, kun je de dood ook beter toelaten.
Het valt niet mee om als therapeut de dood uit te nodigen in je behandelkamer. ‘We gaan geen EFT onderwijzen, maar we willen dat mensen zich vrijer gaan voelen rond mensen die op de drempel van hun leven staan en EFT kunnen toepassen in deze situatie. Dat heb ik zelf ook moeten leren. Wat ik van mijn jaren bij het Helen Dowling Instituut heb opgestoken, is dat het vooral draait om mens zijn. Om er zijn. En soms is daar moed voor nodig.’
Mens zijn
Wat is ervoor nodig om je als therapeut meer op je gemak te voelen bij patiënten die de dood in de ogen kijken? ‘Je eigen dood in de ogen kijken. Dat is iets voor alle leeftijden, ik heb genoeg collega’s van in de dertig of veertig. Maar je moet je vertrouwd voelen met je eigen dood om present te kunnen zijn bij patiënten die kampen met doodsangst. In de workshop geven we daar een ervaringsgerichte oefening voor.’
Het mag dan zwaar klinken, om telkens met de dood bezig te zijn, maar het heeft hem ook veel gebracht, stelt Verboom. ‘Het geeft veel verbinding. Het brengt me soms op een andere plek als therapeut. Patiënten zien mij ook wel eens in tranen.’
Lees hier het interview met Christiaan Rhodius